Mascottes ofwel ‘sieraden voor elke auto’
Sinds de oertijd gebruikt de mens symbolen van allerlei aard om zich te onderscheiden van de anderen. Eeuwen lang worden boten en wagens versierd met afbeeldingen.
Zelfs het boegbeeld op een zeilschip is met een beetje goede wil te beschouwen als een voorloper van de mascottes op automobielen van de 20e eeuw. Mascottes zijn er in allerlei soorten en maten. Eigenaren van automobielen kozen ervoor om hun voertuig verder te individualiseren met behulp van beeldjes bovenop de radiator. Men ging soms zo ver dat bestaande, door de fabrikant aangebrachte ‘versierselen’ werden vervangen door andere, fraaiere, objecten. Dat konden beelden van beschermheiligen zijn, figuren die het favoriete tijdverdrijf weergeven, zoals sportbeoefening. Maar op die plek treft men ook wel eens een thermometer aan. Een heel nuttige accessoire, want motoren in die tijd hadden vaak de neiging onder belasting te ‘koken’ en het was zaak de temperatuur van het koelwater nauwlettend in de gaten te houden.
In de beginjaren was het autobezit vooral voorbehouden aan de welgestelden. In societykringen werd de auto steeds meer een statussymbool en men belandde alras in een wedloop van wie de grootste en mooiste auto had. Koetswerken werden extravaganter uitgevoerd, interieurs werden veelal voorzien van exotische houtsoorten en met zilver afgewerkt. Om nog beter op te vallen in die kringen koos men voor een bijpassend exclusief kunstwerk in plaats van het ‘standaard’ beeldje.
In 1911 ontwierp beeldhouwer Charles Sykes in opdracht van Lord Montagu of Beaulieu het beroemde beeld ‘Spirit of Ecstasy’, dat sindsdien te vinden is bovenop de radiator van elke Rolls-Royce. Zijn vakmanschap inspireerde andere beeldhouwers om ook radiatormascottes te ontwerpen. De Fransman René Lalique is een van de beroemdste kunstenaars op dit vlak. Lalique maakte in de jaren twintig en dertig van glas een serie prachtige beelden, die nu bij verzamelaars zeer gewild zijn. Kenmerkend voor de objecten van Lalique is het matglas dat zeer effectief gebruikt wordt om de fraaie vormen van de beeldjes te accentueren. De fabriek van Lalique bestaat nog steeds en vervaardigt allerlei glazen voorwerpen “in de stijl van René Lalique”.
Er zijn mascottes ontworpen voor één bepaald merk. Zo is er de eerder genoemde Spirit of Ecstasy voor Rolls-Royce, maar ook de vliegende ooievaar (de ‘Cigogne’) voor het Franse merk Hispano Suiza, het hoofd van de godin Minerva, voor de gelijknamige Belgische luxewagen en de ‘Triomphe’ voor Isotta Fraschini. (Italië)
Eén van de kunstenaars die mascottes voor verschillende opdrachtgevers vervaardigde was de Fransman François Bazin. Het Louwman Museum is in het bezit van enkele van zijn werken. Deze zijn makkelijk herkenbaar aan de groot geschreven signatuur F.BAZIN op de sokkel.
Sinds de Tweede Wereldoorlog wordt de radiatormascotte steeds minder toegepast. Het toegenomen besef van (passieve) verkeersveiligheid zorgde er in elk geval voor dat aan de voorzijde van de auto geen scherpe hoeken dan wel uitsteeksels waren toegestaan, dus verdwenen de mascottes geheel of werden ze kleiner en minder uitbundig uitgevoerd. De ‘gevaarlijkste’ mascotte in de collectie in het Louwman Museum is wellicht die van de Duesenberg SJ LaGrande uit 1935.
Vandaag de dag houden o.a. Rolls-Royce en Mercedes-Benz vast aan een prominente mascotte voor op de auto. Wel zijn deze versierselen zo gemaakt dat ze bij een ongeval veilig ombuigen of geheel in de carrosserie verdwijnen. Bij sommige (oudere) merken is de gebruikte mascotte omgezet in een embleem zoals bij Jaguar.
In het Louwman Museum zijn naast producten van eerdergenoemde artiesten nog diverse andere mascottes te vinden. Zowel op de auto’s als in de verschillende vitrines.
Phil Seed